Time to stop!

Deze website wordt niet meer aangevuld met nieuwe informatie.

Simons wordt de eerste gebruiker 5-assige Matec portaalfreesmachine

Gereedschapmakerij Simons uit Achel / Hamont (België) heeft geïnvesteerd in een 5-assige Matec portaalfreesmachine. De machine is uitgerust met de door Matec ontwikkelde universele freeskop die in beide vlakken traploos simultaan bestuurbaar is.

De firma Simons bouwt matrijzen en gereedschappen voor o.a. de automobielsector en is daarnaast actief als toeleverancier voor precisieproducten. Het bedrijf is opgericht in 1975 door Jaak Simons die met een drietal machines van huis uit startte met de vervaardiging van kleine snijstempels. Inmiddels heeft de 2e generatie Simons in de persoon van Stijn Simons het roer over genomen.

Onlangs werd besloten te investeren in een grote portaalfreesmachine en de keuze is hierbij gevallen op een Matec portaal van het type 40P uitgerust met een universele freeskop. Het unieke van deze freeskop is dat hij geen vertanding meer heeft waarop gepositioneerd wordt maar in beide vlakken volledig traploos simultaan aanstuurbaar is. Hierdoor kunnen alle mogelijke hoeken gemaakt worden. De freeskop is uitgerust met een HSK 100 spindel met een vermogen van 38 kW en een koppel van 440 Nm met 8.000 rpm.

Het werkbereik van de machine bedraagt 6500 x 3500 x 1300 mm. Alle assen zijn voorzien van directe meetsystemen om zodoende een hoge positioneer en repeteernauwkeurigheid te waarborgen. Het meelopende gereedschapmagazijn heeft 60 gereedschap posities. De machine is uitgerust met de nieuwste Heidenhain TNC640 besturing en heeft verder alle features waarmee een moderne werktuigmachine uitgerust dient te zijn. (bron MetaalNieuws)

Pieter Lakeman: ‘Ze zijn doorgeslagen bij DNB’

Pieter Lakeman, luis in de pels van de financiele autoriteiten, neemt in een interview met Executive Finance geen blad voor de mond. De toezichthouders bij DNB begrijpen er niets van. “Wat DNB doet vind ik een vorm van afpersing”.
In het interview zegt Lakeman: “Neem de regel dat pensioenfondsen hun verplichtingen met langlopende staatsobligaties moeten afdekken. Maar de rente staat historisch laag! Dit gaat op termijn tot gigantische tekorten leiden. Dat snapt een kind. Maar pensioenfondsbestuurders die in opstand komen en zeggen “zo graven we ons eigen graf”, riskeren dat ze niet door de hertoetsing van DNB komen en voor de rest van hun loopbaan beschadigd raken. Wat DNB doet vind ik een vorm van afpersing.”
Niet veel op met Klaas Knot
Lakeman heeft ook niet veel op met Klaas Knot, president van DNB: “Knot, de man van de zogenaamde cultuurverandering, heeft in 2012 Lenze Koopmans nog herbenoemd in de raad van commissarissen van Rabobank. Moet je nagaan: Koopmans – inmiddels overleden, een vriendje van Nout Wellink overigens – was begin jaren tachtig verantwoordelijk voor de aandelenfraude bij beursfonds OGEM. Deze man, al eerder door Wellink tot commissaris bij Rabobank benoemd, mocht van Knot dus gewoon op zijn post blijven.”
Moreel kompas
Op de vraag of Lakeman vindt dat de huidige generatie bestuurders over een scherper moreel kompas beschikt dan veertig jaar geleden, zegt hij: “Nee, ik zie daarin weinig ontwikkeling. De top van het bedrijfsleven is niet minder hebzuchtig dan toen ik begon. Maar ook niet meer. Weet je, het is niet zozeer hebzucht die tot fraude en malversatie leidt. Een CEO die zijn inkomen opschroeft van 5 naar 10 miljoen doet dat niet omdat hij meer kan uitgeven. Het is ijdelheid: laten zien dat je meedoet met de grote jongens en dat je iets meer verdient dan je buurman.” (bron AM)

Prima kwartaal brengt pensioenfondsen toch nog nauwer in de knel

Pensioenfondsen als het ABP en Zorg en Welzijn hebben nog nooit zoveel geld gehad in kas. Het belegd vermogen van het ABP ligt nu op het record van 372 miljard euro. Voor de gemiddelde ambtenaar zit er 130.000 euro in de pot. Het pensioenfonds voor de zorg heeft nu 179 miljard euro in kas. Ook een record. Het ABP won het tweede kwartaal maar liefst 14 miljard euro door goede beleggingen. Zorg en Welzijn 8 miljard euro.

De pensioenfondsen hebben met z’n allen nu 1,4 biljoen euro (1400 miljard), dat was 10 jaar terug nog maar 500 miljard euro. We hebben met z’n allen zoveel gespaard, dat we wereldrecordhouder pensioengeld zijn. Nergens ter wereld is er persoon zoveel opzij gelegd voor de oude dag als in Nederland.

Toch zakken de pensioenfondsen steeds verder in het moeras. De dekkingsgraden zakken gestaag verder in het rood. De toekomst voor de pensioenfondsen en vooral voor de gepensioneerden is uiterst onzeker. Want waar moeten de fondsen die 1400 miljard euro nu nog in investeren, waar is nog goed te verdienen?

Daar zit de crux en de ellende. Pensioenfondsen zouden hun geld bijvoorbeeld veilig in Nederlandse en Duitse staatsobligaties kunnen steken, en dat doen ze ook wel, maar daar krijgen ze 0 procent rente voor. Onder aanvoering van de Europese Centrale Bank is de rente in Europa zo laag, dat pensioenfondsen bij de huidige stand van zaken niet genoeg rendement kunnen maken om later ook alle pensioenen te kunnen betalen.

De fondsen moeten er van de Nederlandsche bank rekening mee houden dat ze de komende jaren maar 1 procent rendement per jaar maken.

De pensioenfondsen zitten krap, ze hebben nu 0,90 euro in kas voor elke euro pensioen die is beloofd. Terwijl ze minimaal een euro in kas moeten hebben en op termijn, om echt gezond te zijn 1,25 euro. “We staan er beroerd voor, erg beroerd”, aldus RTL Z beurscommentator Jacob Schoenmaker. De pensioenfondsen komen miljarden euro’s tekort. Het ABP zelfs 145 miljard euro, blijkt uit berekeningen van RTL Z.

Als de situatie zo blijft, en het ziet er niet naar uit dat rente binnen een jaar gaat stijgen, dan komt korten van de pensioenen vanaf 2017 nabij. Pensioenfondsen moeten dan de uitkeringen en de pensioenopbouw van miljoenen deelnemers verlagen. Net zolang totdat er 1,25 euro per euro pensioen in pot zit. Tot die tijd gaan de pensioenen omlaag, 10 jaar lang. ( bron RTL-Z)

Evaluatie aftrekpost scholingsuitgaven

De aftrekpost scholingsuitgaven in de inkomstenbelasting is een aftrekpost voor uitgaven aan scholing gericht op het verwerven van inkomen uit werk en woning. Van alle belastingplichtigen tussen de 25 en 60 jaar maakt 2,6% hier gebruik van, voor gemiddeld 1.700 euro per jaar. De gebruikers zijn relatief vaak hoogopgeleid en/of werkzaam in loondienst. De aftrekpost lijkt het meest te worden ingezet voor de aanschaf van boeken en voor collegegeld.
Het stimulerende effect van de aftrekpost scholingsuitgaven op de deelname en uitgaven aan scholing wordt bepaald door mensen te vergelijken die de aftrekpost kunnen benutten tegen verschillende marginale tarieven (de zgn. regression discontinuity (RD) benadering). In meerpersoonshuishoudens wordt de analyse apart uitgevoerd voor meestverdieners en minstverdieners, omdat zij soms gunstig gebruik kunnen maken van elkaars marginale tarieven.
Voor minstverdieners, alleenstaanden met een relatief laag inkomen en meestverdieners met een hoog inkomen wordt rond de sprongen in het marginaal tarief geen bewijs gevonden voor een stimulerend effect van de aftrekpost op scholing. Bij meestverdieners met een relatief laag inkomen wordt wel een positief scholingseffect gevonden. Voor alleenstaanden met een relatief hoog inkomen is mogelijk sprake van een beperkt positief scholingseffect.
De marginale deadweight loss – dat wil zeggen het deel van een extra euro scholingsaftrek dat niet leidt tot extra scholing – bedraagt tussen de 73 en 100%, afhankelijk van de groep en het belastingtarief. Omdat we alleen de marginale deadweight loss kunnen berekenen en niet de gemiddelde, valt in principe niet uit te sluiten dat de maatregel als geheel effectief is. De geringe reactie op de financiële prikkel rond de schijfgrenzen suggereert echter dat het effect van de aftrekpost als geheel beperkt is.
De notitie besluit met verschillende voor- en nadelen van de aftrekpost scholingsuitgaven en van alternatieve financieringsinstrumenten zoals een uitgavenregeling. Dergelijke alternatieve beleidsopties kunnen effectiever zijn dan de onderhavige aftrekpost, maar kennen vaak eveneens een hoge deadweight loss. De precieze vormgeving van het alternatieve beleid lijkt hierbij van belang: als de overheid wil dat zoveel mogelijk mensen gebruik maken van de regeling is bekendheid met de regeling en communicatie hierover cruciaal. Als het bereik van personen met een laag inkomen of een laag opleidingsniveau centraal staat lijkt voorfinanciering door de deelnemer niet gunstig. Klik hier voor het rapport.

Arbeidstijden nee? Pijn in de portemonnee!

Bijna 1400 overtredingen. Dat is het resultaat van onderzoek bij 1.914 horecaondernemingen en 1.326 detailhandels op naleving van de Arbeidstijdenwet en de Wet arbeid vreemdelingen.

Dat meldt de Inspectie SZW. Meer dan één op de vijf gecontroleerde bedrijven overtrad in meer of mindere mate de wet. Pas op, dit betekent niet dat ruim 20 procent van alle ondernemers in deze sectoren de regels aan zijn laars lapt. Want de Inspectie gaat vooral op bezoek bij bedrijven waar een risicoanalyse uitwijst dat de kans op overtredingen groot is.

U vindt meer informatie over de samenhang tussen gezond & veilig werken en arbeidsomstandigheden in het Praktijkboek Arbeidsomstandigheden. (bron Arbo)

2,6 biljoen winst als ouderen doorwerken

De kennis en ervaring van oudere werknemers benutten? Het lukt Nederland maar matig. Jammer, want als 55-plussers langer doorwerken scheelt dat ons land vele miljarden.

Dit blijkt uit de jaarlijkse Golden Age Index van PwC. Dat is een gewogen gemiddelde van indicatoren als werkgelegenheid, inkomsten en trainingen die de impact weergeven van werknemers ouder dan 55 jaar op de arbeidsmarkt in de OESO-landen. De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) onderzocht van 34 industrielanden in welke mate zij het economisch kapitaal van oudere werknemers benutten. Nederland staat op plaats 21, IJsland blijft koploper.

Deeltijdwerk en economische crisis helpen niet

Volgens hoofdeconoom Velthuijsen van PwC bevestigen de Nederlandse resultaten ook een andere trend. “Uit dit onderzoek blijkt opnieuw dat Nederland kampioen deeltijdwerken is. Hierdoor blijft de economische kracht van ouderen al grotendeels onbenut. Daarnaast zijn oudere werknemers relatief hard getroffen door de crisis doordat velen toen hun baan zijn kwijtgeraakt. Dit verklaart de zeer matige Nederlandse ranking.” Velthuijsen wijst op het positieve effect voor alle OESO-landen van een betere benutting van het potentieel aan ouderen: “We hebben het over 2,6 biljoen euro die de 34 OESO-landen aan hun bruto nationaal product kunnen toevoegen.”

Vergrijzing zet voorzieningen onder druk

Het aantal oudere werknemers zal in de OESO-landen tot 2030 groeien met een kwart, tot meer dan 500 miljoen. “Deze groep zet onmiskenbaar druk op ons zorgsysteem en sociale stelsel, en heeft grote impact op de financiële zekerheid van bijvoorbeeld ons pensioensysteem. Landen kunnen zich hiertegen wapenen door, veel beter dan zij nu doen, oudere werknemers een plek in de economie te geven. Hierdoor stijgt het BNP en nemen de belastinginkomsten toe”, aldus Velthuijsen.

Sterke toename werkgelegenheid 65-69-jarigen

Israël, Duitsland en Nieuw-Zeeland hebben sinds 2003 de grootste stappen voorwaarts gemaakt. Dit komt voornamelijk door een sterk toegenomen werkgelegenheid voor ouderen tussen 65 en 69 jaar. Amerika is ten opzichte van vorig jaar met vijf plekken gedaald naar plek 7. Dit komt omdat andere landen zich in een hoger tempo positief op dit terrein hebben ontwikkeld.

Bron: overduurzameinzetbaarheid.nl  > Bekijk de volledige Golden Age Index van PwC.

Bepaling hoogte transitievergoeding bij ontslag na faillissement

Ook na faillissement wordt de periode voor faillissement in deze meegenomen voor de bepaling van de hoogte transitievergoeding. Kijk onder het tabblad jurisproudentie of klik hier.

Ontslag via vaststellingsovereenkomst?

Loop geen risico en laat deze op z’n minst door de bond nakijken.
Werkgevers hakken vaker met dit bijltje terwijl werknemers niet zelden voor het eerst in hun leven te maken krijgen met een ontslag. Er spelen enorme belangen. Je inkomen valt weg. Een nieuwe baan ligt, zeker in deze tijd, niet voor het oprapen. Het advies is: onderhandel niet zelf met je werkgever en ga nooit bij voorbaat akkoord met een aan je voorgelegde vaststellingsovereenkomst. Laat deze eerst goed door de bond nakijken.

Waarom is het controleren van je vaststellingsovereenkomst zo van belang?
Je belangen zijn groot. De overeenkomst moet WW-proef zijn. De juiste termijnen moeten in acht worden genomen. Is dat niet het geval, dan loopt de toekenning van een je-uitkering vertraging op en heb je tijdelijk of gedurende langere tijd mogelijkerwijs geen inkomen.
Er komen dus veel vragen op je af. Laat de bond daarom checken:
of de aangeboden vergoeding correct is berekend;
of de inhoud van de overeenkomst uw recht op ww niet in gevaar brengt;
of je per einddatum direct recht heeft op een WW-uitkering;
of de fictieve opzegtermijn door je werkgever in acht is genomen;
of je de vakantiedagen kwijt bent als je niet meer hoeft te werken;
of het concurrentiebeding/relatiebeding na de einddatum nog op je van toepassing is;

Wanneer je een vaststellingsovereenkomst hebt ondertekend en je het hier toch niet mee eens bent, dan kun je deze binnen 14 dagen herroepen.
De werkgever dient je hierop te wijzen. Is dit niet gebeurd, dan heb je drie weken de tijd om te herroepen.
Je bent na herroeping niet meer aan de vaststellingsovereenkomst gebonden.Neem dus ten alle tijde contact met de bond op en laat je adviseren.

Bonusbeleid pensioenuitvoerder meewegen in besluit?

Een van onze relaties heeft duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen in het vaandel staan. Hoe hoog in het vaandel blijkt uit de definitieve keuze voor de pensioenuitvoerder. Het bonusbeleid van een pensioenuitvoerder is aanleiding om hen af te laten vallen.
Op 1 januari 2017 moet er een nieuwe pensioenregeling komen. Het pensioensysteem is overeengekomen en een nieuwe uitvoerder moet gekozen worden. Er is een tender uitgeschreven en na een uitgebreide analyse tussen een aantal pensioenuitvoerders om te komen tot de keuze voor de beste pensioenuitvoerder voor deze onderneming bleek dat op basis van de harde criteria (prijs-prestatieverhouding) een partij als beste uit de bus kwam.Deze uitvoerder (ABN AMRO) laat de administratie uitvoeren door APG.
Op de vragen van deze adviseur:

1)      in hoeverre de OR en de directie op de hoogte waren van het bonusbeleid van APG en
2)      of zij rekening wilden houden met het maken van een keuze voor deze pensioenuitvoerder passeerden een aantal gegevens reageerde de OR enthousiast: dit ging hen niet gebeuren, dus overleg met de bestuurder.
Al in 2015 schreef APG, na behoorlijk wat onrust en wat krantenartikelen dat zij in de toekomst zeker rekening zouden houden met hoe hun bonusbeleid valt.

Dat zij zich niet veel aantrekken van wat hun cliënten vinden bleek dat zij over 2016 aan 500 medewerkers meer dan € 30 miljoen aan bonussen hebben uitbetaald. Ook nu waren er een paar krantenartikelen en er waren zelfs vragen aan de Staatssecretaris die het ook niet vond kunnen, maar “kan er niets aan doen”.

APG is ook uitvoerder van het pensioenfonds van de ambtenaren en wordt dus ook met belastinggeld gesubsidieerd. Maar ook ABN Amro, Willis Towers Watson en ASR gebruiken APG.

Zelf vindt APG zichzelf maatschappelijk betrokken Met dit bonusbeleid kunnen wij niet meer concluderen dat dit mooi op de site staat.

Het verschil in Nederland tussen klagen of zeggen dat je iets niet vindt kunnen en er ook wat aan doen is vaak groot.  De werkgever heeft de adviseur nog geconfronteerd met het feit dat het bonusbeleid van APG wel erg veel onrust geeft en heeft om een reactie gevraagd. Deze reactie gaat niet erg veel verder dan wat een toenemend aantal Nederlanders juist niet willen horen: “het is toch normaal, wat is een paar miljoen bonus op vele miljarden belegd vermogen en het was nou eenmaal afgesproken, anders gaan de toppers naar het buitenland”.

Persoonlijk vonden wij het mooi dat onze cliënt, die zegt maatschappelijk ondernemen hoog in het vaandel heeft staan, hier samen met de OR ook naar gehandeld heeft. Het is lastig en eigenlijk niet uit te leggen aan deelnemers dat beloofde pensioenen niet helemaal uitgekeerd kunnen worden en er wel zeer forse bonussen betaald worden.
Als je vindt dat iets niet kan of niet ok is, dan moet je er iets aan doen.
(bron Pensioenweblog)